
Ik zit Betje op de bank een voeding te geven, wanneer ik aan Bas vraag: ‘Heb jij nog een idee voor een column?’ – ‘Doe het over schaatsen,’ antwoordt hij meteen. Hij weet dat ik me heb voorgenomen om niet al mijn columns over onze baby te schrijven.
Schaatsen… Da’s nog eens een goed idee. Dan kan ik vertellen over mijn schoonzusje Sanderijne. Echt zo iemand die o-ver-al goed in is. Van mijn zwager heeft ze in januari klapschaatsen gekregen en die ging ze begin deze maand – samen met Bas – uitproberen.
‘Kon je het nog een beetje?’ vroeg ik Bas na afloop. ‘Ging wel,’ antwoordde hij. ‘Maar Sanderijne ging natuurlijk weer als een speer.’
Toen mijn schoonzus en zwager twee weken later op visite kwamen, zei San met een big smile: ‘We hebben twee medailles gewonnen!’ Pas aan het eind van het bezoek viel bij mij het kwartje, dat ze niet zichzelf en een vriendin bedoelde, maar Nederland. Die hele Olympische Winterspelen zijn volledig langs me heen gegaan.
Maar goed, schaatsen dus… Ik moet googelen om erachter te komen waar de Spelen eigenlijk waren – wel zo handig om te weten als je er een column over gaat schrijven – en als ik een compilatie aanklik, golft er een stroom emoties over me heen. De blikken van de schaatsers, het uitzinnige publiek, het overwinningsmuziekje eronder en dan het feit dat heel Nederland dolgelukkig was en ik het volledig heb gemist.
‘Zit je nu alweer te huilen?’ vraagt Bas. ‘En zit jij nou sport te kijken?’ – ‘Ik zou toch schrijven over schaatsen,’ snotter ik. ‘O ja.’ Hij gooit het voedingskussen aan de kant en ploft naast me op de bank. ‘Maar ik bedoelde eigenlijk dat je kunt schrijven over dat we eind van deze week kunnen schaatsen… Buiten… Want het wordt heel koud.’ Ik heb zijn uitleg nodig, want ook de weersvoorspelling heb ik al in geen weken meer gehoord.
Eerlijk gezegd had ik tot nu toe het idee dat het voorjaar alweer in de lucht hangt. Het wordt ’s morgens weer sneller licht, het huis staat vol bloemen en achter het raam schijnt een prachtige zon.
‘Misschien moet je toch maar over Betje schrijven,’ stelt hij voor. Da’s het beste idee tot nu toe! En bittere noodzaak, want ik maak niet veel anders mee in de biotoop waar ik momenteel in verblijf. Betje dus. Laat de wereld maar schaatsen en feesten en bibberen en glijden, ik zit op de bank met goud op mijn schoot.
Gepubliceerd in Almere Deze Week, 1 maart 2018